Hoe je ogen altijd groter zijn dan je maag
Ah, het all-you-can-eat buffet. Die magische plek waar je voor de prijs van een matige afhaalmaaltijd het gevoel krijgt dat je het culinaire equivalent van de loterij hebt gewonnen. De belofte van onbeperkt schransen zonder consequenties – of nou ja, zonder directe consequenties. Je stapt naar binnen met de vastberadenheid van een topsporter, de eetlust van een nijlpaard en de zelfbeheersing van een losgebroken circusbeer. Klaar om het restaurant financieel te ruïneren. Spoiler alert: dat gaat niet gebeuren.

De strategie is altijd hetzelfde. Je begint met de ‘dure’ dingen – want jij bent slim, toch? Garnalen, biefstuk, coquilles – allemaal items die je normaal gesproken niet eens kunt uitspreken, laat staan betalen. Maar dan, heel subtiel, sluipen er dingen op je bord die daar absoluut niet thuishoren. Friet? Serieus? Pizza? Een loempia waarvan je niet meer weet waarom je die gepakt hebt? Je zou bijna denken dat je in een dronken bui een snackbar bent binnengelopen. Maar nee, dit is gewoon het buffet dat zijn zwarte magie op je loslaat.

En dan, precies op het moment dat je denkt dat je de eindbaas van buffetten bent geworden, slaat het noodlot toe: je maag begint te protesteren. Eerst zachtjes, als een waarschuwend fluisteren. Dan harder, als een boze schoonmoeder die je vertelt dat je het weer fout hebt gedaan. Je hebt nog maar de helft van je bord leeg en je voelt je al als een opgeblazen ballon op knappen. Maar wacht! Er is nog een dessertbuffet! En je hebt niet al die calorieën verzameld om nu op te geven. Dus met het doorzettingsvermogen van een Olympische atleet, maar de gratie van een omvallende koelkast, strompel je richting de toetjes. Een paar bollen schepijs, een verdacht ogende tiramisu en iets wat de textuur heeft van een natte spons verdwijnen in je mond, want als je dan tóch lijdt, dan maar met chocolade erbij.
Dan komt de eindscène. Je waggelt naar buiten, je broekrand functioneert als een stuwdam op het punt van breken, en je zweert plechtig: dit nooit meer. Tot je, een maand later, toch weer in de val loopt. Want de echte vloek van het all-you-can-eat buffet? Dat is de illusie dat je de volgende keer wel de controle houdt. Succes daarmee, kampioen. En neem voor de zekerheid een joggingbroek mee.