Sinds enige tijd is er een werkgroep invasieve exoten bij Floron, het plantenonderzoek in Nederland. Een invasieve exoot is een van ver, al dan niet bewust, ingevoerde plant of dier die hier een plaag vormt. Er zijn ingevoerde planten die onschuldig blijven maar je toch overal ziet, zoals Afrikaantjes. De meest beruchte invasieve exoot is natuurlijk de Japanse duizendknoop, Door Von Siebold ingevoerd in de 19e eeuw en meer dan 100 jaar onschadelijk. Maar sinds de klimaatverandering zag die zijn kans. Maar dat is voor een volgend verhaal.
Een andere invasieve exoot, die er heel onschuldig uitziet, maar het niet is, is het hele mooie schijnaardbeitje of Indisch aardbeitje. Fragaria (Duchesnea) indica. Zowel de Nederlandse als de wetenschappelijke naam geven aan dat deze uit Zuidoost Azië is ingevoerd. In dit geval als tuinplant. Hij is heel eenvoudig te herkennen. Hij lijkt heel sterk op een bosaardbei, maar dan met gele bloemen. De vruchten zien er oppervlakkig bekeken exact zo uit als aardbeitjes, de verschillen zijn pas zichtbaar (en voelbaar!) bij nadere beschouwing. De vruchten zien er heel appetijtelijk uit en zijn inderdaad eetbaar, maar helaas volledig smakeloos. Het is een bodembedekker in een halfschaduwrijke tot schaduwrijke tuin, waar ze de hele bodem kunnen overwoekeren. Daarbij verdringen ze alle andere planten zoals de inheemse bosaardbei. Kijk je naar het verspreidingskaartje in de atlas van Floron, dan blijkt dat ze in ieder uurhok waargenomen zijn. Dat wil zeggen dat ze niet alleen in landelijk gebied, maar ook veel in steden. Daar groeien ze tussen de straatstenen en langs stoepranden, in plantsoenen et cetera.


De eerste keer dat ik met deze soort werd geconfronteerd was bij de verhuizing van een vriend van me naar Zeeland, hij had als zeebioloog een goede baan gekregen bij het Delta Instituut voor Hydrobiologisch onderzoek. De hele voortuin van zijn huis stond helemaal vol met aardbeitjes. Dacht ik. Ik riep enthousiast uit: “Wat heb jij een lekkere voortuin.” Helaas vertelde hij me toen wat het waren, ze lijken wel heel verneukeratief op bosaardbeien maar zijn het in de verste verten dus niet (nou, niet zo heel verste verten). Ik kende de plant nog niet, hij was toen nog niet zo ingeburgerd als nu. In Nederland is hij in de jaren ’60 van de vorige eeuw voor het eerst waargenomen, in Doetinchem, Drachten en Middelburg. Ook In Vlaanderen is de Indsiche aardbei algemeen. Hij is daar in 1944 voor het eerst waargenomen in en rond Brussel. In Vlaanderen heeft híj zich explosief uitgebreid, in Wallonië komt de soort ternauwernood voor.
Als u de plant in uw tuin heeft, houdt hem dan in toom en geniet ervan, uitroeien kan niet. Het is een vaste plant. Mocht hij bij strenge vorst boven de grond afsterven hoeft zich geen zorgen te maken (of te verheugen), de korte uitlopers zorgen direct voor nieuwe planten.

Een kleine uitstap naar de bosaardbei. Toen ik mijn vriendin pas kende mocht ik met haar en de familie mee op vakantie. Maar één week, ik reisde haar dan na een week achterna. De eerste keer was naar de Eifel. Iedere dag heerlijk wandelen in de bossen. Haar familie heeft geweten dat er een bioloog mee op vakantie ging! Toe ieders afschuw en angst slangen vangen. En bosaardbeitjes plukken. Dat bosbessen eetbaar waren dat wist de familie wel. Maar bosaardbeitjes… We kwamen de eerste dag in een open plek in het bos die helemaal vol stond met bosaardbeien. Ik gaf een kreet van verrukking en viel er op aan. “Wat doe je nu?!”, riep haar moeder angstig. “Heerlijk, bosaardbeien eten, veel lekkerder dan die grote, meestal veel te vroeg geoogste aardbeien uit de winkel”., was mijn antwoord. “Kan je die dan echt eten?” was het verbaasde antwoord van haar. Wat heeft de familie vanaf die dag heerlijk aardbeitjes geplukt.
Als voorbereiding op een operatie heb ik een paar weken in een kliniek doorgebracht. De tuin daarvan staat vol met de Indische aardbei, en daar kreeg ik opeens de inspiratie vandaan voor dit stuk!!! Daar zijn mijn foto’s gemaakt, ik had mijn gewone camera uiteraard niet bij me, in een kliniek mag je niet filmen of fotograferen.
Wilt u op de hoogte blijven van invasieve planten en dieren, raadpleeg dan van tijd tot tijd deze site. Een heel informatieve film met een link naar ongewenste uitheemse planten en dieren vind je hier: